MBO COE 2012-2013 Nederlands 3F voorbeeldexamen


i.
50099 Weet wat je koopt BN'ers in de reclame inleiding Materiaal
Je gaat kijken naar fragmenten uit een programma over bekende Nederlanders (BN'ers) in de reclame.
Het programma gaat over de vraag of het effect heeft om bekende Nederlanders in te zetten in reclames.
Je ziet 5 fragmenten, waarbij telkens 1 of meerdere vragen worden gesteld.
De laatste vraag gaat over alle fragmenten.
Bij deze fragmenten horen in totaal 8 vragen. 



26. 
50100 Weet wat je koopt BN'ers in de reclame opgave 1 Keuze
Video fragment afspelen
Bij dit fragment horen 2 vragen.

Wat is de relatie tussen de openingszin van Menno Bentveldt en de reclames met Bekende Nederlanders (BN'ers), die daarop volgen? 
A conclusie 
B gevolg 
C voorbeeld 



27. 
50101 Weet wat je koopt BN'ers in de reclame opgave 2 Keuze
Video fragment afspelen
Bij dit fragment horen 2 vragen.

Menno Bentveldt zegt in zijn inleiding dat de BN'er het uithangbord van een product is. 

Wat bedoelt hij hiermee?
De BN'er 

A gebruikt de producten zelf ook. 
B staat op ieder reclamebord van het product. 
C wordt geassocieerd met het product. 



28. 
50102 Weet wat je koopt BN'ers in de reclame opgave 3 Keuze
Video fragment afspelen
Menno Bentveldt verkreukelt het plaatje van het kind in de kinderstoel dat 'pappa' roept. 

Wat geeft Bentveldt daarmee aan? 

A dat de inleiding hiermee afgesloten is 
B dat dit oude, niet meer gebruikte reclames zijn 
C dat we deze reclames al te veel gezien hebben 



29. 
50103 Weet wat je koopt BN'ers in de reclame opgave 4 Keuze
Video fragment afspelen
Menno Bentveldt zegt in dit fragment dat het een goed idee is om bekende koppen te gebruiken om producten aan de man te brengen. 

Hoe beargumenteert hij dat? 

A Hij geeft argumenten, gepresenteerd als feiten. 
B Hij geeft feitelijke argumenten die moeilijk te controleren zijn. 
C Hij trekt op basis van één gegeven algemene conclusies. 



30. 
50104 Weet wat je koopt BN'ers in de reclame opgave 5 Keuze
Video fragment afspelen
Welke risico's zitten er volgens reclamemaker Lode Schaeffer aan het gebruik van BN'ers in de reclame? 

A De bekende Nederlander kan het merk naar de achtergrond laten verdwijnen. 
B De bekende Nederlander wil graag veel geld verdienen met reclame maken. 
C De bekende Nederlander zorgt dat het merk ongevraagd veel media-aandacht krijgt. 



31. 
50107 Weet wat je koopt BN'ers in de reclame opgave 8 Keuze
Video fragment afspelen
Bij dit fragment horen 2 vragen.

Welke zin vat dit fragment het beste samen? 
A Lode Schaeffer vindt de getoonde reclames niks. 
B Menno Bentveldt heeft een sympathieke uitstraling. 
C Menno Bentveldt is een aanstekelijke reclamejongen. 



32. 
50108 Weet wat je koopt BN'ers in de reclame opgave 9 Keuze
Video fragment afspelen
Bij dit fragment horen 2 vragen.

In een straatinterview moeten twee mannen in hemdjes een keuze maken uit twee reclames waarin Bentveldt staat afgebeeld. Eén van hen kiest voor de reclame met de sigaar. 

Geeft hij hiervoor een betrouwbaar argument? 

A Ja, want hij geeft een oorzakelijk argument. 
B Ja, want hij kan zich met Menno identificeren. 
C Ja, want hij trekt een logische conclusie. 



33. 
50109 Weet wat je koopt BN'ers in de reclame opgave 10 Keuze
Deze vraag gaat over alle voorgaande fragmenten. 

Wat is het doel van het programma? 
A activeren 
B amuseren 
C informeren 



i.
50130 Podiumangst inleiding Materiaal
Je gaat kijken naar fragmenten uit een programma over wat angst voor podiumoptredens met uitvoerende muzikanten kan doen.
Je ziet 4 fragmenten, waarbij telkens 1 of meerdere vragen worden gesteld.
De laatste twee vragen gaan over alle fragmenten.
Bij deze fragmenten horen in totaal 8 vragen. 



34. 
50132 Podiumangst opgave 2 Keuze
Video fragment afspelen
Bij dit fragment horen 2 vragen.

Waarom had Herbers juist in Londen last van podiumangst? 

A Hij had moeite met de technisch moeilijke solopartij. 
B Hij voelde zich niet helemaal fit die dag. 
C Hij was te zeer onder de indruk van de omstandigheden. 



35. 
50133 Podiumangst opgave 3 Keuze
Video fragment afspelen
Bij dit fragment horen 2 vragen.

De presentator zegt dat Herbers zich niet hoeft te schamen voor zijn podiumangst. Hij noemt dan een aantal artiesten. 

Waarom noemt hij de namen van deze artiesten? 

A omdat hij hem als voorbeeld ziet voor deze artiesten 
B omdat hij hem tegengesteld vindt aan deze artiesten 
C omdat hij hem vergelijkt met deze artiesten 



36. 
50134 Podiumangst opgave 4 Keuze
Video fragment afspelen
Bij dit fragment horen 2 vragen.

Presentatrice Elisabeth van Nimwegen vraagt of Witte Hoogendijk zenuwachtig is. 

Wat is de functie van deze vraag? 

A De presentatrice leidt op een grappige manier het gespreksonderwerp in. 
B De presentatrice maakt een grapje omdat de geïnterviewde zenuwachtig is. 
C De presentatrice maakt met een grapje duidelijk dat zij zelf nerveus is. 



37. 
50135 Podiumangst opgave 5 Keuze
Video fragment afspelen
Bij dit fragment horen 2 vragen.

"Dan kunt u mij vast uitleggen hoe podiumangst ontstaat." 

Hoe kun je deze uitspraak van presentatrice Elisabeth van Nimwegen noemen? 

A een argument dat logisch volgt uit het voorafgaande 
B een constatering die niet logisch volgt uit het voorafgaande 
C een mening die logisch volgt uit het voorafgaande 



38. 
50136 Podiumangst opgave 6 Keuze
Video fragment afspelen
Welk gevoel spreekt uit dit fragment? 

A boosheid 
B machteloosheid 
C opstandigheid 



39. 
50137 Podiumangst opgave 7 Keuze
Video fragment afspelen
Hoe wordt de muziekpoli in dit programma gepresenteerd?
De muziekpoli is 

A een aanvulling op het gebruik van medicijnen. 
B een alternatief voor het gebruik van medicijnen. 
C een vervolg op het gebruik van medicijnen. 



40. 
50138 Podiumangst opgave 8 Keuze
Deze vraag gaat over alle voorgaande fragmenten. 

Voor welk soort kijkerspubliek is het programma bedoeld? 
A voor hulpverleners die te maken krijgen met musici met podiumangst 
B voor kijkers die zelf niet direct te maken hebben met podiumangst 
C voor musici die zelf met podiumangst te maken hebben 



41. 
50140 Podiumangst opgave 10 Keuze
Deze vraag hoort bij alle voorgaande fragmenten. 

Welke van onderstaande zinnen zou je opnemen in een samenvatting? 

Goede remedies tegen podiumangst zijn bètablokkers of psychotherapie.  A wel  B niet 
Leven als musicus is een droom.  A wel  B niet 
Musici gebruiken na hun pensionering geen bètablokkers meer.  A wel  B niet 
Podiumangst is voor klassieke musici een belemmering bij het optreden.  A wel  B niet 
Podiumangst ontstaat door de opvoeding of een traumatische gebeurtenis.  A wel  B niet 
Symptomen van podiumangst zijn trillende handen en hartkloppingen.  A wel  B niet 
Veel musici hebben last van podiumangst.  A wel  B niet 



i.
50600 Koopkracht Fastfood inleiding Materiaal
Je gaat kijken naar fragmenten uit een programma over fastfood. 
Het programma gaat over hoe wij omgaan met het eten van fastfood. 
In de fragmenten wordt een aantal deskundigen geïnterviewd. 
Je ziet 3 fragmenten, waarbij telkens 1 of meerdere vragen worden gesteld. 
Bij deze fragmenten horen in totaal 9 vragen. 



42. 
50601 Koopkracht Fastfood opgave 1 Keuze
Video fragment afspelen
Bij dit fragment horen 4 vragen.

Kim van der Leest is bioloog en belevingsdeskundige. Zij vertelt over kleuren. 

Wat is het doel van dit fragment over kleur? 

A beïnvloeden 
B informeren 
C waarschuwen 



43. 
50602 Koopkracht Fastfood opgave 2 Keuze
Video fragment afspelen
Bij dit fragment horen 4 vragen.

Voor wie is dit tv-programma bedoeld? 

A voor mensen die bij fastfoodketens werken 
B voor mensen die dagelijks fastfood consumeren 
C voor mensen die interesse hebben in consumentengedrag 



44. 
50603 Koopkracht Fastfood opgave 3 Keuze
Video fragment afspelen
Bij dit fragment horen 4 vragen.

Kim van der Leest stelt vast dat de kleuren rood en geel vaak gebruikt worden in de logo's van fastfoodketens. 

Wat is haar constatering?

Rood en geel zijn kleuren die 

A ervoor zorgen dat mensen behoeften kweken. 
B invloed hebben op de reuk- en smaakzintuigen. 
C mensen als eerste vanuit hun ooghoeken zien. 



45. 
50604 Koopkracht Fastfood opgave 4 Keuze
Video fragment afspelen
Bij dit fragment horen 4 vragen.

Wat wordt in dit fragment uitgelegd? 

A hoe kleur ons handelen beïnvloedt 
B hoe kleur ons straatbeeld beïnvloedt 
C hoe kleur ons voedsel beïnvloedt 



46. 
50606 Koopkracht Fastfood opgave 5 Keuze
Video fragment afspelen
Bij dit fragment horen 3 vragen.

Kees de Graaf legt uit hoe het komt dat mensen na het eten van een hamburger snel weer honger hebben. 

Hij gebruikt in zijn uitleg een 

A symbool. 
B tegenstelling. 
C voorbeeld. 



47. 
50607 Koopkracht Fastfood opgave 6 Keuze
Video fragment afspelen
Bij dit fragment horen 3 vragen.

In het fragment wordt Kees de Graaf gevraagd om een hamburger op te eten. 

Wat is de beste typering voor zijn reactie? 

A afwijzend 
B beledigd 
C bestraffend 



48. 
50608 Koopkracht Fastfood opgave 7 Keuze
Video fragment afspelen
Bij dit fragment horen 3 vragen.

Hoe kan het verhaal van Kees de Graaf het beste samengevat worden?

Wij eten fastfood te snel waardoor 

A onze hersenen te weinig tijd krijgen om de inname van voedsel te verwerken en we sneller honger krijgen. 
B onze zintuigen te weinig tijd krijgen om de inname van voedsel te verwerken en ons een verzadigd gevoel te geven. 
C we het voedsel sneller verteren en daarna sneller weer een gevoel van honger krijgen. 



49. 
50609 Koopkracht Fastfood opgave 8 Keuze
Video fragment afspelen
Bij dit fragment horen 2 vragen.

Rudy Mackay zegt het woord 'natuurlijk' als hij spreekt over het assortiment van de fastfoodketens. 

Hij bedoelt dit 

A bevestigend. 
B ironisch. 
C verwijtend. 



50. 
50610 Koopkracht Fastfood opgave 9 Keuze
Video fragment afspelen
Bij dit fragment horen 2 vragen.

Ad Ippel is onderzoeksleider bij Nutrilab. 

Wat kun je concluderen uit het onderzoek van Ad Ippel? 

A Een caesarsalade is gezonder dan een hamburger als je de croutons en dressing weglaat. 
B Het eten van de gezonde producten van de fastfoodketens betekent niet dat je ook minder calorierijk eet. 
C Het maakt niet uit of je een hamburger of een caesarsalade eet. Het is allebei even ongezond. 



i.
10000c 10000c (eindscherm) Materiaal
Dit is het einde van het examen. 

Kijk voordat je het examen inlevert of je alle vragen beantwoord hebt. 
Een niet beantwoorde vraag heeft in de taakbalk een donkere kleur.
Elke niet beantwoorde vraag wordt fout gerekend. 

Je kunt ook nog terug om antwoorden te wijzigen. 
Klik op het vraagnummer in de taakbalk om de vraag op te roepen en eventueel te wijzigen.
Denk wel aan de examenduur. Die is maximaal 120 minuten.

Lever nu het examen in. 

Klik op het kruis rechtsboven. Het examen wordt nu afgesloten.


0 responses